Gouwe Randjes!

juni 2013

Als karakter een typisch menselijke eigenschap is dan heeft ons varken karakter. Helemaal zwart is ie. Deels door het Piëtrain dat erin is gefokt, deels omdat hij altijd buiten loopt. En het karakter heeft hij ook van het Piëtrain. Hij springt over het voerhek heen als hij honger heeft. Ligt binnen te pitten als de rest buiten is. Breekt uit als ik hem apart heb gezet. En loopt, zo bleek laatst, ook door de sloot naar het land van buuurman Gerrit. Het gras zal er wel groener zijn, maar toch wil ik natuurlijk niet dat mijn varkens op het land van Gerrit lopen. Gerrit heeft koeien en dus alleen maar koeienwei met Engels en Italiaans Raaigras. Gerrit heeft geen varkenswei met brandnetels, zuring, vogelmuur en andere kruiden die varkens lekker vinden.

Ons karakter-varken is dus uitgebroken. Dwars door de sloot, via een gaatje ergens achter in het hek. Mijn achterbuurman wees me erop. Ikzelf had het nog niet eerder gezien. Ik wist ook niet waar dat gaatje precies was. Daarom heb ik alle varkens na hun middagdutje binnen gehouden en pas vlak voor het voeren naar buiten gelaten. Nog geen vijf minuten later stond ons varken weer aan de overkant van de sloot en ik had weer niet gezien waar hij nou door de sloot ging.

Als ik ga voeren roep ik de varkens. “Kom op jongens, Kom op!” schreeuw ik dan over het weiland richting de varkens. Een prachtig gezicht als je die hele kudde varkens ziet rennen naar de stal. In volle galop rennen de kleine biggen voorop. De oudere en drachtige zeugen hobbelen er, ook in galop, achteraan. Ons uitgebroken varkentje kwam ook aangallopperen, maar dan aan de andere kant van de sloot. En daar stond hij, aan de overkant, op het land van de buurman, naar mij te kijken. Z’n kop omhoog, de oren gespitst. Met die haartjes op zijn oren, in zonnig tegenlicht een ontroerend goud randje. Hij kon vandaar uit niet naar de schuur komen omdat er een sloot tussen ligt. Zo stonden we elkaar aan te kijken. Ik, genietend van die prachtige randjes om de oren van dit prachtige varken, hij waarschijnlijk in paniek omdat hij niet naar de stal kon komen waar het voer is. Ik heb ook een probleem. Binnen staan schreeuwende varkens die gevoerd willen worden. Hij staat aan de overkant en ik weet niet hoe ik hem door de sloot kan terug jagen. Ik wist nieteens waar hij door de sloot kon. Dus als ik ga voeren, weet ik niet wat hij gaat doen. Zo stonden wij elkaar aan te kijken, beiden onzeker wat te doen.

Opeens draait hij zich naar rechts en zet het in een volle galop. Dat is raar omdat hij eigenlijk van zijn doel af rent. Terwijl ieder ander dier kiest voor de kortste weg, rent hij precies de andere kant uit. Hij weet iets wat ik niet weet. Hij rent ruim honderd meter van mij en van de schuur vandaan. Daar springt hij de sloot in en daar kruipt hij er aan onze kant, door het gaatje, ook weer uit. Ik kon naar binnen om de rest van de varkens te voeren. Even later komt ons zwarte karaktervarken binnen om op zijn eigen plekkie aan de voerbak te vreten. Ik geef hem wat extra aardappels. Daar wordt ie lekkerder van en komt er zo’n prachtig goud randje vet aan het buikspek.

Zij een goed leven, Wij een lekkere bout